2010 Noorwegen, Zweden en Denemarken

Overzicht van gevaren route: klik hier

Voor de foto’s: klik hier

Heiligenhafen 25 augustus 2010

We liggen nu voor de tweede dag in Heiligenhafen verwaaid, windstoten tot over de 37 knopen in heel forse buien. Gelukkig is de verwachting dat de wind morgen gaat liggen en moeten zondagmiddag net op tijd Medemblik kunnen halen; erg krap, maar goed.

We zijn nu 3½ week onderweg vanuit Nederland naar Noorwegen, Zweden en Denemarken, samen met Mia en Olaf met hun schip “Mjöllnir”, een Malö 37. Zie bijgaande link naar de gevaren route.

Zondag 1 aug. vertrokken we naar Den Helder, waarvan we de volgende dag naar Mandal (N) overstaken. Ondanks onze beider aanschaf van een mooie genaker was er zo weinig wind, dat het een tocht van 53 uur op de motor werd; woensdag 16:00 uur zetten we voet aan wal, wel met verse makreel! De speciaal voor deze tocht aangeschafte visgerei werd in het zicht van Noorwegen uit de bakskist gehaald; een zeehengel, 5 makreelhaken en een flinke pulker ( een soort grote nepvis van metaal met 3 flinke haken eraan) werden overboord gezet en ik liet de lijn even lopen. Ik stopte de lijn en dacht direct beet te hebben, maar even later “schoot het los” en haalde ik de lijn binnen. Nog een keer; precies hetzelfde. Nog een keer uitzetten, weer beet? Een forse rukje aan de hengel, binnen halen, en ik had 2 makrelen een de haak! Ok, en dan? Beide makrelen boven het achterdek opgehaald, ontzield met een kordate tik op de neus en in een emmertje met zeewater bewaard. Bea zette vast haar net aangeschafte rookoven klaar en na wat medische aanwijzingen van Mia en Olaf werden de Makrelen gefileerd en gerookt en smaakte vervolgens verrukkelijk bij de bubbels ter viering dat we de overtocht goed hadden volbracht.

Na een dag in Mandal, flink stuk de benen gestrekt, varen we vrijdag 6/8 verder. De vaart gaat door een idyllisch mooi gebied; heuvels, afwisselend begroeid met bomen of afgeronde rotsen. Wat opvalt zijn de duizenden houten (tweede) huisjes van de Noren, vaak op een prachtig stukje grond nabij water, steigertje, bootje(s), bbq en altijd een mast met de Noorse vlag of wimpel. Zeker in dit weer (zon en lekker warm) lijkt dit het ideale land voor een watersporter.

Tijdens het varen is het wel opletten geblazen, kom je op een ondiepte dat loop je niet zachtjes in het zandgrond vast, zoals in Nederland, maar is een hard klap met de kiel tegen de rots het gevolg (met eventuele schade). Gelukkig helpen de kaartplotters ons goed (behalve daar, waar door de hoge rotsmuur de satellietverbinding met de GPS wegvalt). Verder zijn de routes door de vaarten ruim omgeven met vuurtorentjes, staken, op rotsen geschilderde tekens en de “handjes” die aanwijzen welke kant je op moet.

We varen we naar één van de mooiste plekjes waar we hebben gelegen; “in” een eiland, eigenlijk 2 yingyang-achtige rotspartijen; Ny Hellesund. We meren af tegen de rotsen en maken de boot vast een in de rotsen geslagen meerpennen. Een binnenzeetje waar enkele boten voor anker liggen en verder complete rust. Prachtig weer, zon en stilte. Zalig warm en helder water dus even de zwemvinnen aan; snorkel en duikbril op en lekker snorkelen. We blazen de dinghies op, want we hebben de “vissmaak” goed te pakken. Olaf en ik gaan ieder met onze dinghy weer op vispad, de zee op. Olaf met de net aangeschafte haspel met draad, lood en haken en ik met mijn hengel. Al vrij snel komt Olaf melden dat helaas zijn lood waarschijnlijk ergens achter is blijven haken en dus kwijt is. Mogelijk verklaart dit de zeer vele hengelsport winkels in Noorwegen waarbij de keus tussen haakjes, pulkers en wat al niet meer, zelfs die, van een uitgebreide damesmodezaak overstijgt. Vervolgens meen ik alweer vrij snel “beet” te hebben. Er wordt fors aan de lijn getrokken en ik met dat het me veel moeite kost lijn binnen te halen, waarop Olaf roept, “he, je wordt vooruit getrokken!” ; shit wat nu. Gedachten gaan door me heen hoe ik een joekel binnen moet halen in dit toch wel kleine bijbootje…trekken en trekken, mijn armen beginnen te trillen van de inspanning en ik word voortgetrokken en dan opeens: knap. De spanning is van de lijn, gebroken of doorgebeten; de pulker is verdwenen en waarschijnlijk zwemt er nu een flinke vis met een piercing van drie ons aan zijn lip; sneu. Als we met beide dinghies het binnenmeertje weer invaren vraagt onze Noorse buurtman Ben belangstellend wat de vangst is; waarop hij bevestigt dat de grootste vangst altijd de vangst is die je niet binnen hebt gehaald hebt L. De volgende morgen informeert Ben ons uitgebreid wat de stekken zijn die we komende tijd moeten bekijken.

Stokken is de volgende afmeerplaats. Een eiland zonder iets, behalve en stijger die om de rotsen heen kronkelt. Op de andere helft van het eilandje kamperen wat mensen. De volgende dag varen we door de Blind Leia, een bekende en zeer mooie vaart Noord-Oostwaarts, net langs de Noorse kust. Het is weekend en dat merk je, want het is druk ondanks dat het Noorse seizoen over is. Vanaf vrijdagmiddag scheuren veel Noren met hun speedbootjes rond, soms zie je hele gezinnen of drie generaties in 1 boot, soms worden ze gebruikt als efficiënt vervoermiddel bv van en naar school (?).

We kiezen voor een zijfjord van de Blind Leia, bij Morthensholmen en Gitkilholmen. Weer zo’n niet te beschrijven idyllische plekje waar we voor anker gaan. Wat een prachtig land. We zijn omringd door heuvels met bomen, er liggen een paar boten voor anker en er staat een huis ergens op de heuvels. We besluiten dat we ’s avond een kampvuur gaan maken op een paar rotsen iets verderop. Bea en ik gaan op houtsprokkeltocht in de dinghy. Het is met de dinghy altijd uitkijken geblazen met rotsen onder water en de kwetsbaarheid van de schroef van de buitenboordmotor. Dus we komen dicht bij land, ik probeer de rots te pakken, Be wil helpen buigt naar diezelfde kant en plons; daar gaat de dinghy om, Be en ik allebei in de natte kleren. De kwallenprikken voor Be zijn het vervelendst, maar zijn de volgende dag weer verdwenen. De vangst is er niet minder om; een heus houttransport zorgt ‘s avond voor een lekker en muggenverdrijvend vuur; we zitten er uren van de genieten en brandt naar hartenlust. In de middag probeer ik nog mijn vistalent op te pakken, maar die blijkt, ook de rest van de vakantie, van korte duur geweest te zijn; helaas. De zonsondergang bezorgt ons een prachtige lucht.

 

We gaan ankerop en verder richting het Noordoosten en komen we bij steeds opener water; er zijn minder idyllische vaartjes. Na Lillesand komen we in het fjord van Tvedestrand, een klein plaatsje welke meer antieke boekenwinkels lijkt te hebben dan inwoners. We trekken de bergschoenen aan en gaan een flinke wandeling door ene soort “woud” maken. Het is prachtig en verrassend dat, terwijl je denkt de eerste te zijn die hier loopt, er toch loopplankjes en vlonders liggen, waar het moerassig is. Jammer is echter, dat we na 1½ uur lopen, moeten constateren dat we steeds verder van huis raken en er geen alternatief is dan dezelfde weg terug te lopen.

Ik wil toch graag duiken, had ook daarom mijn duikspullen meegenomen, en vraag bij het toeristenbureau waar dat kan; op de route van de volgende dag zijn geschikte eilanden; en zodoende varen we naar Seinsøya, waar we weer voor anker gaan. Ik haal de duikspullen tevoorschijn en ga met dinghy en spullen naar een goede stek. Voorzichtig ga ik kopje onder en tref een hele andere onderwaterwereld aan dan in Nederland; het is prachtig helder en de “bodem” op 14 meter is als een vloer van rots. Er zwemmen veel mooie en gekleurde vissen rond; waarvan ik de Koekoeklipvis later herken op de vissenposters in viswinkels. Op de terugweg zie ik een reuze Zeeslang (1½ meter) die panisch naar mij kijkt en klem zit tussen de planten. Na zich eindelijk losgebeten te hebben, schiet ie er als een raket vandoor….

 

Vervolgens doen we Kragerø aan. Stavern wordt onze noordelijkste bestemming; bij het vertrek daar varen we nog even bakboord uit om de 59 Noorderbreedte graad “aan te tikken”, ons Noordelijkste punt, en maken rechtsomkeer richting Zweden en gaan naar Gluppö. De Mjöllnir probeert voor de eerste keer haar nieuwe genaker uit; op zich lukt dat maar er staat toch helaas te weinig wind; de 95 vierkante meter zeil wordt weer in haar slurf getrokken verdwijnt onderdeks.

Gluppö is één van de Zweedse scheren; ziet er echt heel anders uit dan Noorwegen; afgeronde bulten rots die in schuine rijen vanuit de zee opreizen; slechts schaars begroeit met wat struiken. We gaan weer voor anker in een binnenmeer. De zon zakt en we roeien met de dinghy naar de rotsen. Vanaf de heuvels voltrekt zich een bijna niet realistisch beeld; de oranje gouden kleuren van de lucht en de reflectie in het water hebben iets weg van een maanlandschap, maar dan op de computer bewerkt; eigenlijk niet te beschrijven….

We doen Smögen aan, niet voor herhaling vatbaar. Te druk toeristisch waardoor waarschijnlijk het oorspronkelijke pittoreske karakter van het dorp verknald is. We zakken nog een stukje de kust af en kiezen ervoor om Orust, het eiland waar de VentoVivo gebouwd is, te omvaren. We vinden het best vreemd nu hier te varen, waar we twee jaar geleden met de auto onze dame hebben opgehaald. We varen naar Stenungsund, vervolgens Ockerö, en vervolgens Varberg. Ik kom tot de conclusie dat de splitpen van het lummelbeslag ontbreekt en ene stukje verschoven is; het hele kleine pennetje is nou net niet op voorraad bij de Seldén dealer. Met het nodige passen en meten fabriceert de lokale tuiger met metaal en locktite een nieuwe borg, die alles weer moet kunnen hebben.

Inmiddels heeft de zomer Scandinavië de rug toe gekeerd. Afgelopen dagen hebben we al diverse malen last van (te) harde winden bij het vinden van een geschikte aanlegplaats en worden we lastig gevallen met regen; hoe kon het ook anders na 2 ½ week zulk mooi weer!

Vervolgens doen we Halmstad aan, een grote en leuke plaats. We besluiten hier de Dinghy leeg te laten lopen en op te ruimen zodat we geen last meer hebben van het slepen; we gaan haar anders toch niet meer gebruiken. De hoofdstad volgt; Kopenhagen. Volgens de boeken zou in de Christianhaven plaats zijn en rust heersen; een plek kunnen we niet vinden en gaan uiteindelijk maar tegen een te koop liggend schip liggen, gelukkig blijkt dat in orde. We hebben geen oog dicht gedaan vanwege het buurtfeest welke slecht 1 maal per jaar wordt gehouden; maar waarom nu juist deze nacht? ’s Avond de stad in en we bezichtigen de Nyhaven en worden verrast met een prachtig vuurwerk bij 1 van de mooie nieuwe gebouwen aan het water. De volgende dag is de eerste niet vaardag van de vakantie; we bekijken en bezoeken de vele mooie winkels; een stad met allure wat je helaas in Nederland niet meer vindt.

Langzaam aan gaat toch de planning naar huis een stempel drukken op een en ander; we moeten nog best een stuk en het weer werkt niet echt meer mee. De voorspellingen worden steeds negatiever bijgesteld en we worden soms wat nerveus; we moeten mijlen gaan maken. Bij het uitvaren van Kopenhagen worden we geconfronteerd met een hele vervelende zeegang, grote vlakken met staande golven en steeds maar weer opdoemde zeer donkere wolken partijen. Beide schepen stampen er op los, wat flinke knallen geeft. De Mjöllnir wordt onderweg overvallen voor een wind-of waterhoos; de windmeter geeft 50 knopen aan! De inhaallijn van hun genua is zwaar beschadigd en de lol is er even af….We stellen ons te ambitieus zeilplan voor deze dag bij en gaan naar HesnÆs.

De planning en verschillende terugreisplannen worden steeds vaker besproken en volgends de navtex lijkt heel Noord Europa gebukt te gaan onder een hoop “weer” ellende. De volgende ochtend om 8:00 varen we uit maar horen op Lyngby Radio alweer waarschuwingen tot 8 bft. Na overleg besluiten we Lingby Radio op te roepen en te vragen naar meer informatie; het blijkt voor de avond. We besluiten zo spoedig mogelijk door te varen naar Heiligenhafen, wat volgens plan lukt en waar we nu ca 48 uur liggen. Gisteren waaide het echt hard hier; er was een windwaarschuwing voor Helgoland voor windkracht 11! Dat is toch wel heel bijzonder, en hier werd gewaarschuwd voor “Orkanische stormen in Böen (buien)”. Gister was het waterpijl hierin de haven ca 60 cm onder dat van vandaag. Veel vooral huurboten “hingen” aan hun landvast. We hebben dat bij het verhuurkantoor gemeld maar niemand nam de moeite dat te veranderen; zonde van die boten…

De verwachting is dat vannacht de wind gaat liggen; dan of vannacht of morgenvroeg weg en ergens in het weekend hopelijk in Medemblik aankomen…

 

Hilversum, 29 augustus 2010.

 

1 comment on “2010 Noorwegen, Zweden en Denemarken

Contact


  • -

  • info@ventovivo.com

  • +31 6 53210 275